Geen internet maar wel weer pindakaas!!!

26 juli 2010 - Terneuzen, Nederland

Op weg naar Brugge

We vertrekken uit Nieuwpoort via de St. Jorissluis. Nieuwpoort, volgens vele een plek met een Microklimaat, en na een kort weekje begin ik er in te geloven. De sluismeester, met baard, ongeveer dertig jaar, komt nog even de papieren controleren en verteld dat hij een opleiding voor scheepstimmerman heeft gevolgd. Hij is bijzonder verrast met onze Luna en komt even aan boord om een kijkje in de kajuit te nemen. Alom lof, een leuke ervaring erbij. We zakken enkele decimeters en vervolgen onze weg door het Kanaal naar Plassendale. Daar belanden we achter twee huurboten van de firma Le Boat. We zijn waarschijnlijk veroordeeld, om tot Brugge achter deze waterridders aan te blijven varen. Het noodlot denkt daar anders over. De tocht loopt tot de sluis van Plassendale voorspoedig. Het dienst autootje wat de bruggen bediend is overal stipt op tijd. En dan vlak voor de sluis van Plassendale is daar een kleine rampspoed. Het toerental van de motor loopt even met een ruk terug en de vaart is eruit. Er gaat een vreemde trilling door het schip. Wij zijn dus aan de beurt, er zit iets in de schroef. We volgen, na wat manoeuvreer acties als achteruitslaan, het konvooi richting Brugge. Een landschap als over de Amstel van Ouderkerk naar Uithoorn. Prachtig dus. Veel groen. We passeren de brug bij Jabbeke, met daarachter aanleg voorzieningen. Ik besluit een rondtorn te maken en aan één van de steigers af te meren. De pikhaak wordt erbij gehaald, ja hoor, een stevig stuk plastic heeft zich om het voortstuwingselement gewikkeld. Getrek, geduw en draaien als met een vork in de spaghetti wil niet baten. Dan maar een poging vanuit een andere hoek. Zwembroek niet bij de hand, dan maar in mijn Jansen en Tilanus te water. Gelukkig geen kijkers van de wal. Twee minuten later klim ik weer tegen de zwemtrap op en droog me af met de honden handdoek, ik stonk een beetje naar vis, vandaar. Het gewraakte stuk plastic ligt op de wal (zie foto) De Luna kan weer verder. Na een uurtje worden de buitenwijken bereikt. De eerste woonschepen komen in zicht. Het water wordt wat anders van kleur. Bijna zwart. Na een draaibrug verschijnt een sluis. Inmiddels zijn we de huur boten opgelopen welke daar ook liggen de wachten. Ze draaien daar wat rond bij het wachten voor de sluis. Wij besluiten aan de kant te gaan liggen. Plotseling klinkt een kreet over het water. Een huurboot met Deense bemanning ligt vast in de modder en kan geen kant meer op. Je bent verplicht op het water elkaar altijd te helpen. Mijn ridderlijke gevoelens komen boven en ik besluit van wal te steken om ze te helpen. We naderen het schip omzichtig. We willen ook niet in dezelfde benarde positie terechtkomen. Er wordt een lijn over geworpen en het rekken kan beginnen. Ik voel me een beetje sleepbootkapitein, van de Furie. Alles komt goed en ondanks de inktzwarte grond die we omhoog gedraaid hebben komt er beweging in de sleep en eindigen we beiden op tijd voor de sluis. De deuren gaan open en nadat er nog een Spits uit het niets bijna, uit de sluis komt denderen, mogen we naar binnen. Een bijna ronde sluiskolk. Ik stuur Corientje naar voren om een lijntje aan een behulpzaam persoon op de sluis aan te reiken. Corina ziet in één opslag of het (in haar ogen, en niet altijd terecht) een 'vreselijke' sluis is. Zo ook bij deze. Maar ze gaat naar voren wat op zich al een wonder te noemen is, de man is nog bezig en het gaat haar niet snel genoeg, ze laat de lijn voor wat ie is en komt terug. Ik stuur haar weer naar voren waar de man inmiddels klaar staat om de lijn aan te pakken. Tot mijn grote schrik hoor ik haar uit de grond van haar hart zeggen; wat een rotsluis hé, meneer! ze hield het voor haar doen nog netjes want ze wilde 'kolere' sluis zeggen, maar dat slikte ze op tijd in. En terwijl ik tussen mijn voortanden sis “Corien, dat is de sluismeester” heeft de beste man al gezegd: “Heeft u het tegen mij mevrouw?” Het leed is geschied. De man is blijkbaar wel wat gewend en wendt verstandig zijn hoofd af. En ja, in dit geval was het een rotsluis, nergens mogelijkheid aan te leggen alleen een paar bolders, meters van de sluiswand af. We zijn blij dat we er door zijn. Inktzwarte wolken pakken zich samen boven Brugge en dus ook boven ons, nog een klein rampje? We bereiken ter ternauwernood de jachthaven Coupure, midden in de stad. Het valt mee, de buien waaien over en op een paar druppels na liggen we in “Abrahams Schoot” Skip

Brugge

Met zijn gezellige havenmeester. We zullen de komende dagen heel wat aflachen om zijn sappige verhalen die nog smeuïger worden door het bijzondere dialect. Elk gebied kent zijn eigen dialect, het is steeds weer oren spitsen om alles te kunnen volgen, en net als het een beetje verstaanbaar wordt horen we weer een variatie. We wandelen naar het stadje. Koetsjes met paarden rijden af en aan om de toeristen door de oude stad te loodsen. Rondvaart bootjes puilen uit met vrolijke mensen. Taverne's, tearooms, restaurants het is een aaneenschakeling van horeca en hotels. Maar ondanks dat is het er mooi en gezellig, we voelen ons meteen weer thuis. Brugge staat bekend om zijn kant klossen en voor de 'chocola verslaafde', zijn er naast de souvenirwinkeltjes om de paar meter de mooiste en heerlijkste chocolaterieën. De chocolade wordt zo mooi uitgestald achter de etalages dat je wel heel stevig in je schoenen moet staan om niet naar binnen te gaan. We horen via de radio de ernstige waarschuwingen over het aankomende weer. Onweer, rukwinden en zware regenbuien in België en Nederland. We besluiten deze ellende maar in de veilige haven van Brugge af te wachten. Uiteindelijk valt het in ons gebied allemaal erg mee, wel dreiging, onweer en regen maar geen noodweer, zoals in sommige delen van België en Nederland. De havenmeester hobbelt tig keren per dag langs ons scheepje en dirigeert alle nieuwkomers de haven in. De Le Boat passanten,(verhuurbedrijf van plezierjachten) krijgen een speciale behandeling en worden op diplomatieke wijze naar een plek in de haven gedirigeerd waar ze zo min mogelijk schade kunnen aanrichten. Als je deze kamikaze schippers, met de bijna onmogelijk te besturen schepen hebt zien varen, begrijp je meteen waarom ze deze speciale behandeling krijgen. Maar niet alleen de Le Boat schippers hebben een naam ook onze eigen KNMC, Koninklijke Nederlandse Motorboot Club, heeft bij onze Zuiderburen een bijzonder aanzien, deze Club, die in de driekleur het kroontje in de hoek draagt, zijn in heel België omgedoopt tot de: KNMC, Kan Niet Manoeuvreren Club. Zo hoor je nog eens wat over je landgenoten. België staat bekend om zijn heerlijke wafels dus op naar een tearoom om een cappuccino met wafel te nuttigen. Heerlijk luchtig en bros met allerlei heerlijke variaties te combineren. De kok heeft ooit in Brabant voor Cas Spijkers gewerkt en kwam er even gezellig bijzitten om over Nederland en Amsterdam te praten. Na de koffie maken we een prachtige wandeling over de veste. Wat een schoonheid, aan natuur, aan rust, ook heerlijk voor Yentl. Het is een pittige tippel van ruim vier uur maar het is genieten. Het is erg gezellig in Brugge maar nu de voorspellingen over het weer weer gunstig zijn geworden besluiten we toch weer verder te trekken. Na drie dagen Brugge varen we de slotgracht af en genieten van een prachtige tocht, over een bochtig kanaal. Sommige stukken zijn zo smal en onoverzichtelijk dat je alleen maar een schietgebedje kunt doen en maar hopen dat er geen “beroeps” de hoek om komt, maar wij treffen het en het gaat allemaal goed.

Deinze

Enthousiast worden we binnengehaald door de havenmeester. Een mooi haventje met uitzicht op een paar vaarzen die smakelijk van het gras genieten. Deinze is een doorsnee plaatsje waar weinig te beleven valt, behalve van de rust. Zondag de trossen los en op naar de Leie waar we volgens iedereen onze ogen zullen uitkijken. “De Oude Leie”, is de goudkust van Vlaanderen. Een prachtige tocht, we kijken onze ogen uit, landhuis na landhuis. Vaak liggend op een glooiing en omringd met gladgeschoren immens grote grasvelden, gemaaid met draadloos gestuurde grasmaaiers. Prachtige tuinen met bijzondere bomen, bloemperken en beeldschone terrassen. Onze Vecht is mooi maar met wat we hier zien valt onze trots toch in een andere categorie. Later zouden we van de havenmeester in Gent horen dat vroeger de beter gesitueerde en meest vermogende van België in die landhuizen woonden, maar inmiddels is dit erfgoed ingenomen door de buren, de schat hemelrijke Fransen.

Gent

We belanden in een “voor” haventje van Gent, het is erg warm en alle Gentenaren zijn met allerlei soorten bootjes en wastobbes op het water, het voelt of we weer in Leiderdorp liggen, wel heel gezellig allemaal. Het jacht achter ons komt terug van hun vaartocht, ze komen kennismaken, we bieden ze een drankje aan en ze hoppen in. De buurvrouw een duplicaat van mijn vriendin Yvonne, zo frappant, het is meteen alsof je elkaar al heel lang kent. Onder het genot van een glaasje hebben we een paar gezellige uurtjes die zich zoals vaak op het water spontaan aandienen. Later die avond komt Hendrik, de havenmeester, beladen vragen of we wel wisten wie er bij ons aan boord gezeten hadden? Wij kijken hem glazig aan, en daar steekt ie van wal. “Meneer en Mevrouw” zijn de vermogendste mensen van heel Belgisch Brabant. Zij bezitten het grootste Carrosseriebedrijf, dat ook nog in het diepste geheim “zaken” voor defensie ontwikkelt. Glimmend van trots benadrukte hij nog eens dat deze mensen bij ons aan boord hadden gezeten, tegelijkertijd wachtte hij onze reactie met spanning af. De buurtjes hadden zonder op te scheppen aan ons verteld welk bedrijf ze hadden, deze twee “gewoon gebleven” mensen hopten net zo makkelijk in op ons scheepje als in een groot luxe jacht. In deze buitenhaven zitten we erg ver van de binnenstad af en we besluiten 's morgens richting stad te gaan. Stiekem hoop ik dat Hendrik heeft gekeken toen we vertrokken en onze buurtjes, met welke status ook, nog in pyjama, ons uitbundig uitzwaaide, en we roepend over het water beloven elkaar weer eens terug te zien. Een leuke tocht dwars door Gent. Het wordt spannend vanwege een ligplaats, de beroemde Gentse feesten, ooit bedacht voor de arme Gentenaren die niet op vakantie konden, maar inmiddels uitgegroeid tot een krankzinnig evenement, die tien dagen duren zijn dit weekend begonnen. Toch wagen we het erop en vinden een plek bij Portus Ganda, de jachthaven in de stad. Met ruim 33 graden, een hoge vochtigheidsgraad, is het heel drukkend en benauwd. Een briesje, zij het wel een erg benauwd briesje, maakt het in de haven iets minder erg dan in de stad. Zitten en niets doen is de beste optie onder deze omstandigheden. Lopen is op z'n zachts gezegd zeer onaangenaam, je te hardwerkende zweetklieren maken het bijna onmogelijk en het plaveisel blijft bijna aan je schoenen kleven. Yentl komt niet meer uit het vooronder, doet snel haar behoefte en trekt je meteen weer de kant van de boot op, ze wil maar een ding en dat is terug naar 't vooronder, waar het toch het koelst is voor haar, arm dier. We kunnen niets anders doen dan afwachten totdat de weer goden ons weer beter gezind zijn. De brandende zon is ondergegaan en we wagen een poging naar het Historisch Centrum van Gent te lopen. Daar worden we nog beroerder, we stuitten tegen een muur van stank, een zeer penetrante indringende zure lucht vermengt met bier, urine, gebakken uien en andere ondefinieerbare geuren. We zetten door en persen ons tussen de zwetende mensen. Foto's maken kunnen we vergeten, een paar kiekjes maar, alle schoonheid in het centrum is verstopt achter witte en zwarte tenten, radiostations, podiums, mobiele kroegen, onsmakelijk uitziende toilethuisjes, tientallen pisbakken met daartussenin de druk bezochte tentjes met hamburgers, broodjes en andere exotische warme happen. Een soort Waterloopleinmarkt dwingt je tot het lopen van de drukste route. Uiteraard ontbreekt de kermis ook niet. We vluchten, dan maar geen Gent, geen foto's. Ook onze nachtrust wordt niet alleen vanwege de hoge temperaturen binnen de Luna verstoord maar ook door de niet stuitende mensenmassa die luidkeels, soms lallend, vaak zwaar beschonken hun weg, op weg naar het feestgedruis, of weer naar huis proberen te vinden. We horen regelmatig sirenes, veel mensen worden door de combinatie van het weer, drank en de drukte onwel, zijn de verhalen die hier rondgaan. 's Morgens liggen de mensen op straat hun roes uit te slapen. Gemiddeld 240 ton vuil wordt elke ochtend uit de binnenstad gevist. Het gezegde: ergens precies op het verkeerde moment zijn, slaat in dit geval helemaal op ons. Dan blijkt 21 juli ook nog een Nationale feestdag te zijn, dat betekend nog een dag gevangen in de stad waar we zo graag nog eens van wilde genieten. Gelukkig hadden we het in de haven erg gezellig met een aantal Hollanders, dat maakte een hoop goed. De 23e laten we stinkend, en feestend Gent achter ons. Tot 'n noaste kji, we goan oes boane inkortn, Gent.

Via het zeekanaal Gent-Terneuzen op naar naar Sas van Gent, Zeeuws-Vlaanderen. We hebben nog overwogen de Moervaart op te gaan. Maar het is mooi geweest we verlangen weer naar ons eigen land, na zeven weken België. Bovendien gaat de Griffioen, een schattige Grundel van Marion en Rob ook naar Sas van Gent en we besluiten samen te varen. Zij kennen het kanaal goed en regelen een ligplaats voor ons in Sas. Twee notendopjes op het drukst bevaarde zeekanaal, Gent-Terneuzen. Indrukwekkende schepen, torenhoog, binnengeloodst door sleepboten voor, achter en opzij. Grote scheepvaart op weg van en naar open zee. De zeerob komt in Skip boven, hij is helemaal in zijn element, eindelijk het echte werk, heel wat anders dan de slootjes en kanalen waar we meestal doorheen varen. Het kanaal kan door het scheepvaartverkeer heel roerig zijn, maar wij treffen het en hebben geen extreme golven. We passeren de grens bij Zelzate en zien meteen weer de duidelijke aan- en verwijs borden die je alleen op Nederlands grondgebied naast de vaarwegen ziet.

Sas van Gent.

We meren af in Sas van Gent, de thuishaven van de Griffioen. Rob en Marion stellen voor ons de volgende dag met de auto te komen halen om hun prachtige stulpje in Westdorpe te komen bekijken en samen ergens een hapje te gaan eten. Ja, en dan kom je in het dorpje waar hun idyllische stulpje staat, omgeven door een enorm stuk grond, met daarop prachtige bomen. Waar je ook kijkt heb je uitzicht over allerlei gewassen, paarden in de wei, in de verte het zeekanaal waar je de enorme jongens dwars door het landschap ziet varen, zo mooi, het is niet te beschrijven. Yentl is ook zo blij, ze heeft de ruimte, geniet van het gras, springt met haar bijna dansende voorpootjes door de tuin en voelt zich helemaal happy en thuis. We zitten onder een enorme walnotenboom en zijn eigenlijk gewoon sprakeloos. We zien de foto's, van de voor ons stadsmensen, bijzondere vogels, roofvogels, hazen, fazanten die zomer en winter hun tuin komen bezoeken of er nestelen. De roofvogels eten ongestoord hun prooi vlak onder hun ogen. Zo zit je weken op het water in de Luna en zo zit je ineens in een omgeving waar je het bestaan niet van weet en waar je normaliter nooit zou komen. Na het borrelen rijden naar de Baeckermat, een leuk restaurant met veel specifieke streek gerechten. Hans en Rob gaan aan de mosselen, het is mosseltijd in Zeeland, Marion neemt een visstoofpotje met zeekraal en ik neem een streekgebonden runderstoofpotje, van een rund die een heel ander leven heeft gehad dan de runderen uit de supermarkt in de Randstad, zo staat beschreven op de menukaart. Genieten en smullen, we waren zo voldaan dat er geen plaats meer voor een streekgebonden nagerecht was, hoe verleidelijk ook. Na de koffie zakken we nog af naar het stulpje en in de late uurtjes brengen ze ons terug naar de haven met de belofte dat ze over de weg of over het water ons in Amsterdam komen bezoeken. Naast het genot van het varen maken bijzondere ontmoetingen zoals ook deze, je vakantie zo leuk en gezellig en heb je er zomaar weer watersport vrienden bij. We liggen in het binnenhaventje naast het zee kanaal waar je heerlijk kunt wandelen en genieten van de mooie omgeving. Zittend op een bankje genieten we van de enorme zeeschepen die richting Terneuzen geloodst worden. 's Nachts liggend in onze kooi en kijkend door het openstaande luik naar de prachtige sterrenhemel deint de Luna tevreden op de golven van de grote vaart die dag en nacht doorgaat.

Terneuzen

Zondag 25 juli, we nemen afscheid in de gezellige haven van Sas en manoeuvreren ons weer tussen de grote jongens en de enorme havens om naar de binnenhaven van Terneuzen te varen. Het is druk op het water en we rollen af en toe over de golven van onze enorme oplopers en tegenliggers. Dat het zondag is heeft geen invloed op de scheepvaart drukte. We belanden in het binnenhaventje vlakbij de grote sluizen in Terneuzen. Alleen de sluis in Terneuzen scheidt ons nog van de Westerschelde, die we één dezer dagen met gunstige wind en oplopend tij zullen oversteken om vervolgens door de sluis in Hansweert en daarna via het Kanaal door Zuid Beveland dat ons naar Wemeldinge zal voeren. Daarna via de Oosterschelde, verder Zeeland in of via de Maas naar Brabant, welke waterweg ook, het zal weer een hele ervaring worden. We hopen in de komende weken meer internet mogelijkheden te krijgen dan de afgelopen periode, zodat jullie via ons weblog onze belevenissen op de Zeeuwse en Hollandse vaarwegen kunnen volgen.

 

 

Foto’s

2 Reacties

  1. Anna and albert verkruissen:
    30 juli 2010
    Hi, wereld burgers. We zijn een weekje op vakantie geweest en we zijn dan wat laat. Wat een pracht vacantie hebben jullie tog. En de mensen die je ontmoet. Van sluiswachter met baarden tot sappige Vlaamen. Passendale is bekend in Australie. Daar zijn in de eerste wereld oorlog een hoop Australiers gevallen. Het was goed te lezen hoe Hans de propeller van de Luna weer aan het werk kreeg. Allerbeste wensen, goede vaart! Albert and Anna uit het groote Zuidland.
  2. Martine en René:
    2 augustus 2010
    Na onze kennismaking in Nieuwpoort hebben wij jullie belevenissen gevolgd. Prachtige foto's en mooi geschreven verhalen! 1 minpunt: jullie hebben het mooiste van de belgische waterwegen niet gedaan. De Moervaart. Bij volgende passage in Vlaanderen verwachten we jullie daar bij ons te zien. Toch nog veel vaarplezier gewenst vanuit Moerbeke